Trauma is alleen niet geestelijk, maar vooral ook lichamelijk
Als er ooit iets is gebeurd dat je niet kon verwerken, spreken we van een trauma. Een traumatische situatie waarin jij machteloos was, kan vele vormen hebben: scheiding, dood, pesten, ongeluk, mishandeling, misbruik, ontslag, enz. Misschien kun je het je niet voorstellen dat iets wat jaren geleden gebeurde, nu nog invloed op je heeft.
Dat je door een oud trauma nu soms opeens getriggerd wordt, bang bent om te vliegen, groepen mensen mijdt, slecht tegen harde geluiden kunt, slecht slaapt, last hebt van nachtmerries, confrontaties uit de weg gaat etc. Toch is dat vaak zo.
Het verwerken van trauma kan lang duren en enorm veel energie vragen, vooral als het om jeugdtrauma (hechting) gaat. De pijnlijke herinneringen en overlevingsmechanismen die je hebt ontwikkeld na de traumatische ervaring(en) zitten dan vaak extra diep. Dat is ook precies de reden waarom veel mensen het verwerkingsproces maar uit de weg blijven gaan. Want waar begin je, en wat gebeurt er straks eigenlijk als je loskomt van je traumasporen?
Vechten, vluchten, bevriezen
Ons lichaam gaat bij dreiging in de vecht- of vluchtstand. De fight-flight is puur bedoeld om te overleven, door iets te doen. Als we niet kunnen vechten of vluchten, dan bevriezen we. Ons zenuwstelsel is dan zo overweldigd, dat het niet meer lukt om de situatie te verwerken. De kernboodschap van Peter Levine, ontwerper van Somatic Experiencing en Bessel van der Kolk, medeoprichter van de Trauma Research Foundation, is dat de spanning/lading/energie zich dan snel opstapelt, geen uitweg meer weet en zet zich vast in het lichaam (psychotrauma).
Simpel gezegd komt het erop neer dat moeder natuur ons beschermt tijdens een trauma. Als je niet kunt vechten of vluchten, is je laatste instinctieve optie te bevriezen. Je dissocieert en komt op afstand van je lichaam te staan. Je reptielenbrein schakelt je zoogdierenbrein uit, dus emoties worden niet gevoeld. Je bevriest. Dissociatie betekent dat ook je cortex, waarin o.a. je denk- en praatfuncties zitten, uitgeschakeld is. Dat is ten tijde van het trauma dus heel functioneel en bekend. In de volksmond zeggen we ‘de tijd stond stil’ en ‘het was zo erg, er zijn geen woorden voor’.
Na afloop van het trauma verdwijnt langzaam de dissociatie en associeer je weer met je lichaam. Het lijkt voorbij. Je leven gaat langzaam verder en het trauma zakt wellicht weg. Maar je lichaam heeft het allemaal meegemaakt. Terwijl jij op afstand stond, werd alles gezien, gehoord, gevoeld door je lichaam.
Anatomie van de hersenen

En je lichaam onthoudt alles. Jaren later kun je getriggerd worden, waarop je lichaam reageert met stresssignalen: je hart gaat sneller, je ademhaling hoger, je spieren spannen zich aan en misschien word je zelfs duizelig of misselijk.
Waarschijnlijk snap je niet waarom en leg je niet direct de link naar iets dat ooit is gebeurd. Die link leggen doe je namelijk met je cortex en zoals gezegd, was je cortex uitgeschakeld op dat traumatische moment. Je kunt er moedeloos van worden. Gedachten komen op als: ‘Waarom doe ik dit? Ik weet dat ik het niet moet doen, ik wil het niet en toch doe ik het’. Begrip is één ding, maar het belangrijkste is natuurlijk dat je ervan af wilt. Vrij zijn, in je eigen kracht staan.
Doorbreken van patronen
Vaak zijn het overlevingspatronen van vroeger. Ooit waren ze heel functioneel, maar nu werken ze tegen je. Je doorbreekt ze door allereerst je bewust te worden van wat er allemaal in je omgaat als je bang, verdrietig of boos bent. Lichaam en geest zijn één. Door dus ook te voelen hoe je lichaam zich voelt als jij je schuldig, onzeker of afgewezen voelt. Niet door het weg te drukken, drinken of slikken. Dat kan even helpen, maar op de lange termijn lost het je probleem niet op. Je blijft onder die deken zitten, je blijft je aanpassen en niet voluit leven.
Stel dat je erachter kan komen wie jij werkelijk bent, wat jij nu echt wilt en dat je jezelf toestemming zou kunnen geven om voluit in je eigen kracht te gaan staan. Hoe heerlijk zou dat zijn? Dat kan! Je hebt het allemaal in je. Niet alleen de negatieve gedachten, de pijn, de boosheid, de angsten. Ook de oplossing zit in jou. En je kunt daarbij. Alles waar jij last van hebt, heeft een oorzaak. Die oorzaak kun je opzoeken en transformeren, zodat je kunt gaan leven in plaats van overleven.
